Belanghebbende, X, doet voor het jaar 2018 aangifte IB/PVV naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 9.427, met specifieke zorgkosten van € 5.000 als persoonsgebonden aftrekpost. Echter, de inspecteur legt een aanslag op naar een belastbaar inkomen van € 14.427. Bij uitspraak op bezwaar staat hij alsnog de dieetkosten van € 602 toe en vermindert hij het belastbaar inkomen tot € 13.825. In hoger beroep is in geschil of X recht heeft op een hogere aftrek van uitgaven voor specifieke zorgkosten dan reeds is toegestaan.
Hof Den Haag oordeelt in navolging van de rechtbank dat X voor de overige opgevoerde zorgkosten voor zijn constitutioneel eczeem niet aan zijn bewijslast heeft voldaan. Uit de in hoger beroep ingebracht medische stukken blijkt slechts de aard van zijn aandoening. Hiermee maakt hij niet aannemelijk dat de natuurlijke middelen zijn voorgeschreven door een arts. Het hoger beroep van belanghebbende is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 6.17