Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de inspecteur door het na bezwaar van de heer X verhogen van zijn verzamelinkomen wel het verbod op reformatio in peius heeft geschonden. Door deze verhoging is de heer X namelijk in een slechtere positie beland.

De heer X heeft de Duitse nationaliteit en woont in 2016 en 2017 met zijn echtgenote in Nederland. X ontvangt twee pensioenen uit Duitsland, waarop aldaar zorgpremies zijn ingehouden. In beide jaren is zijn inkomen uit werk en woning nihil door de aftrek ter voorkoming van dubbele belasting. In bezwaar stelt X dat zijn inkomens vanwege de zorgpremies moeten worden verlaagd. Dit is namelijk beter voor de zorgtoeslag van zijn echtgenote. Bij uitspraak op bezwaar wordt zijn inkomen van 2017 verhoogd van € 15.984 naar € 20.748, maar ook de aftrek ter voorkoming van dubbele belasting wordt hoger, zodat het te betalen bedrag nihil blijft.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de inspecteur door het verhogen van het verzamelinkomen het verbod op reformatio in peius heeft geschonden. Door de verhoging is X namelijk in een slechtere positie beland. Het beroep van X is slechts in zoverre gegrond. De Duitse zorgpremies zijn hier niet aftrekbaar, omdat dergelijke premies specifiek zijn uitgezonderd als persoonsgebonden aftrekpost. Dit is geen overtreding van de non-discriminatiebepaling van het Belastingverdrag met Duitsland. Dit verdrag ziet namelijk op de belastingheffing en niet op het berekenen van toeslagen.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen 24

Wet inkomstenbelasting 2001 6.18

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Internationaal belastingrecht, Toeslagen en zorgverzekeringswet, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 19 oktober

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen