Belanghebbende, X, heeft samengewoond met Y. In verband met de beëindiging van het geregistreerd partnerschap is door partijen d.d. 11 oktober 2013 een overeenkomst ondertekend en heeft de rechtbank d.d. 3 april 2014 uitspraak gedaan. X claimt in de aangifte IB 2014 een persoonsgebonden aftrek wegens een alimentatieverplichting jegens Y, bestaande uit het betalen van hypotheeklasten. Als de inspecteur de aftrek niet toestaat tekent X beroep aan.
Rechtbank Den Haag oordeelt dat X geen recht heeft op de persoonsgebonden aftrek. Dit volgt uit de duidelijke bewoording van de voornoemde overeenkomst en uitspraak. De rechtbank verklaart het beroep van X ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 6.3
Wet inkomstenbelasting 2001 6.1
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Rechtbank Den Haag
Editie: 6 juni