Hof Den Haag oordeelt in hoger beroep dat de inspecteur niet heeft doen blijken dat X ten tijde van het doen van de aangifte over 2015 zich ervan bewust is geweest dat een aanmerkelijke kans bestond dat zijn giftenaftrek onjuist was.

Aan X zijn in de IB-sfeer (navorderings)aanslagen en één 75% vergrijpboete van € 831 opgelegd. Door FIOD is namelijk ontdekt dat X voor de giftenaftrek gebruik heeft gemaakt van valse kwitanties. Rechtbank Den Haag handhaaft de aanslagen en de boete. X gaat in hoger beroep, waarbij alleen nog de boete (2015) in geschil is.

Hof Den Haag oordeelt dat de inspecteur niet heeft doen blijken dat X ten tijde van het doen van de aangifte over 2015 zich ervan bewust is geweest dat een aanmerkelijke kans bestond dat zijn giftenaftrek onjuist was. X komt namelijk niet voor in het betreffende FIOD-rapport en ook voor het overige is niet het vermoeden gerechtvaardigd dat X bewust gebruik heeft gemaakt van de valse kwitanties. X heeft evenmin zodanig onzorgvuldig gehandeld dat hem een onjuiste aangifte op het punt van de giftenaftrek kan worden verweten. De boete wordt vernietigd.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67e

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Hof Den Haag

21

Gerelateerde artikelen