De heer X doet in maart 2007 bij notariële akte periodieke schenkingen aan een vereniging en diverse stichtingen. Volgens de akte vinden de schenkingen jaarlijks plaats. Voor 2006 en 2007 is in geschil of X deze schenkingen als periodieke giften kan aftrekken. X heeft de betreffende bedragen wel in deze jaren betaald. Rechtbank 's-Gravenhage oordeelt dat de akte pas in 2007 is verleden en dat X daarom in 2006 geen periodieke giften kan aftrekken. Het maakt niet uit dat de vertraging te wijten zou zijn aan nalatigheid van de notaris. Aangezien het doel van Stichting E voornamelijk betrekking heeft op de verzorging van de broer van X en het doel van Stichting F het verbeteren van administratieve methodieken voor verenigingen, stichtingen en startende ondernemingen is, zijn giften aan deze stichtingen in het geheel niet aftrekbaar. Deze giften zijn dus niet aftrekbaar als periodieke giften, noch als "andere giften". Partijen gaan in hoger beroep.
Hof 's-Gravenhage oordeelt dat E en F niet kwaliferen als algemeen nut beogende instellingen en dat de giften van X aan deze stichtingen niet aftrekbaar zijn. Uit de statutaire doelstelling van E blijkt namelijk dat niet het algemeen belang, doch veeleer het particuliere belang van de familie wordt gediend. Uit de statutaire doelstelling van F blijkt evenmin dat en in welke mate het algemeen belang wordt gediend. Hoe zeer het voorts ook wenselijk is dat verenigingen, stichtingen en startende ondernemingen op een behoorlijke wijze hun administratie voeren, dat raakt rechtstreeks hun eigen belang en slechts indirect het algemeen belang. Het beroep van X is dus ongegrond. Het beroep van de inspecteur is niet-ontvankelijk, aangezien de inspecteur ter zitting uitdrukkelijk heeft verklaard dat hij van mening is dat Stichting D geen anbi is, maar dat hij ten aanzien van de onderhavige jaren zijn voor de rechtbank ingenomen standpunt dat D wel een ANBI is, zal handhaven.