Hof Den Haag oordeelt in hoger beroep dat de gemeente de onrechtvaardig hoge belastingrente staatsrechtelijk slechts bij de regelgever kan aankaarten.

Gemeente X trekt ten onrechte BTW als voorbelasting af, die zij via het BTW-compensatiefonds (BCF) had moeten terugvragen. Bij de betreffende BCF-beschikkingen van in totaal € 2.718.672 is € 148.807 rente aan haar vergoed. Naar aanleiding van haar suppleties volgen naheffingen van in totaal € 3.039.791 met belastingrente (€ 405.054) en verzuimboetes (€ 9840). Volgens Rechtbank Den Haag moet X meer rente betalen dan aan haar wordt vergoed, omdat de rente is berekend over verschillende tijdvakken. Dit heeft de wet- en regelgever bewust zo gewild, zodat geen sprake kan zijn van rente-neutraliteit. De belastingrente is mede bedoeld als een prikkel om correct en tijdig aangifte te doen, zodat de inspecteur in redelijkheid niet ook boetes kan opleggen. Partijen gaan in hoger beroep.

Hof Den Haag oordeelt dat X de door haar gestelde onrechtvaardig hoge belastingrente staatsrechtelijk slechts bij de regelgever kan aankaarten. Gelet op de positieve en opbouwende handelwijze van X is het opleggen van boetes niet opportuun en/of geboden. Beide hoger beroepen zijn dus ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67c

Wet op het BTW-compensatiefonds 9

Wet op de omzetbelasting 1968 15

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Omzetbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Hof Den Haag

Editie: 3 december

6

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen