De heer X werkt als zelfstandig assurantietussenpersoon. X claimt in zijn ib/pvv-aangifte over 2004 aftrekbare "algemene kosten" ad € 25.000. Pas tijdens het hoorgesprek in de bezwaarfase geeft X hiervan een specificatie, waarop de inspecteur de aftrek van € 3.874 accepteert. De inspecter schrapt de zelfstandigenaftrek en de overige kosten. Rechtbank Leeuwarden stelt de inspecteur in het gelijk. X gaat in hoger beroep.
Hof Leeuwarden oordeelt dat de tijd gedurende welke X beschikbaar was voor de onderneming niet kan gelden als voor de onderneming bestede tijd. De zelfstandigenaftrek is dus terecht gecorrigeerd. X heeft enkel gesteld dat hij in 2004 heeft voldaan aan het urencriterium en dit voorts op geen enkele wijze heeft onderbouwd. Voorts geldt dat X volgens vaste jurisprudentie aannemelijk moet maken dat de door de inspecteur betwiste kosten ten behoeve van de onderneming zijn gemaakt. X voldoet niet aan deze bewijslast. Het beroep van X is ook voor het overige ongegrond.