X besteedt in 2012 1419 uren (inclusief reistijd) aan zijn baan als hoofd ICT. Daarnaast heeft hij een onderneming waarin hij optredens verzorgt als diskjockey en automatiseringsactiviteiten verricht. X stelt in 2012 1452 uur aan zijn ondernemingsactiviteiten te hebben besteed. In geschil is of hij recht heeft op zelfstandigenaftrek.
Hof Den Haag oordeelt dat X voor zijn werkzaamheden naast zijn baan in loondienst geen aanspraak maakt op de zelfstandigenaftrek. Het hof stelt voorop dat tussen de automatisering en de dj-activiteiten te weinig samenhang bestaat om deze als één onderneming te kunnen aanmerken. De automatiseringsactiviteiten waaraan X slechts 65 uren heeft besteed, kwalificeren als overige werkzaamheden en tellen dus niet mee bij het grotendeelscriterium. Dit betekent dat de uren die X heeft besteed aan zijn onderneming (1387 uren) niet uitkomen boven de uren in loondienst (1419 uren). Omdat X niet voldoet aan het grotendeelscriterium komt hij niet in aanmerking voor de zelfstandigenaftrek.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.76
Wet inkomstenbelasting 2001 3.6