X bv is eigenaar van een pand waarin een supermarkt wordt geëxploiteerd. X bv bepleit verlaging van de WOZ-waarde 2020 van € 1.295.000 naar € 988.000.
Rechtbank Midden-Nederland spreekt zich niet uit over de grief van X bv dat zij door de gebrekkige gegevensverstrekking in bezwaar genoodzaakt was om beroep in te stellen. X heeft deze beroepsgrond op zitting voor het eerst naar voren gebracht. Hierdoor hebben zowel de heffingsambtenaar als de rechtbank daar niet adequaat op kunnen reageren. De rechtbank oordeelt dat de WOZ-waarde van het supermarktpand niet te hoog is vastgesteld. De rechtbank heeft er geen probleem mee dat de huurcontracten van de referentieobjecten geruime tijd (2011 en 2016) voor de waardepeildatum zijn gesloten. De heffingsambtenaar mocht van de rechtbank uitgaan van de geïndexeerde huren van deze referentieobjecten. De rechtbank acht ook de kapitalisatiefactor die de heffingsambtenaar heeft gehanteerd niet te hoog. Het taxatierapport bevat op dit punt een aantal kleine fouten, maar dit kan niet leiden tot een lagere WOZ-waarde.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken
Instantie: Rechtbank Midden-Nederland
Editie: 22 december