X Beheer bv houdt de aandelen in belanghebbende, X bv, en X Pensioen bv. X bv houdt de aandelen in – de met haar gevoegde dochter – D bv. D bv heeft in 2004 een pensioen toegekend aan Z, de dga van X Beheer bv, die in dienstbetrekking werkzaam is voor D bv. X bv draagt de pensioenverplichting over aan Pensioen bv. Eind 2006 wordt de pensioenovereenkomst gewijzigd van een eindloonregeling in een beschikbare premieregeling. De waarde van de pensioenaanspraak wordt berekend op € 3.160.203. Hierbij is uitgegaan van een eindloonstelsel met een vaste na-indexatie van 2% per jaar. Bij de berekening heeft X bv een rekenrente gehanteerd van 3,74% en een vaste na-indexatie van 2% per jaar. De waarde van de pensioenrechten per ultimo 2005 is vastgesteld op € 2.010.662, waarbij een integrale rekenrente van 4% is gehanteerd. De in de Vpb-aangifte van X bv over het jaar 2006 in aftrek gebrachte pensioenlast bedraagt € 1.149.541 (€ 3.160.203 -/- € 2.010.662). De inspecteur is van mening dat bij de waardering van de vordering een feitelijke rekenrente van 4% moet worden gehanteerd. Hij berekent de waarde van de pensioenaanspraak op € 2.448.590 en corrigeert de aangifte met € 711.613 (de na-indexatielast). Rechtbank Leeuwarden oordeelt dat de na-indexatielast van € 711.613 rechtstreeks of zijdelings verband houdt met wijzigingen in de hoogte van prijzen na afloop van het jaar, zodat dit bedrag niet aftrekbaar is. De aanslag blijft in stand. In hoger beroep stelt de inspecteur dat er sprake is van een onttrekking.
Hof Arnhem - Leeuwarden oordeelt dat er sprake is van een onttrekking. Volgens het hof maakt de inspecteur namelijk aannemelijk dat D bv de pensioenverplichting jegens Z vóór 2006 heeft overgedragen aan X Pensioen bv. Het hof wijst er hierbij op dat X Pensioen bv de pensioenverplichting op de balans ultimo 2005 had gepassiveerd. Verder wijst het hof er nog op dat D bv in 2005 een pensioendotatie aan X Pensioen bv heeft gedaan die in rekening-courant is verrekend. Ook acht het hof nog van belang dat D bv de (oude) pensioenverplichting heeft overgedragen aan X Pensioen bv tegen volledige kwijting. Volgens het hof was D BV dan – gezien de volledige kwijting – niet gehouden om uit hoofde van de (oude) pensioenregeling in 2006 een extra pensioendotatie te doen aan X Pensioen bv. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.8
Wet inkomstenbelasting 2001 3.28
Wet inkomstenbelasting 2001 3.27
Wet inkomstenbelasting 2001 3.26
Wet op de vennootschapsbelasting 1969 8
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Vennootschapsbelasting
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 3 mei