Belanghebbende, X, is eigenaar en gebruiker van een melkveebedrijf met woning in de gemeente Zeewolde. In geschil is de WOZ-waarde 2013 van deze onroerende zaak. In het bijzonder is de waarde van de paardenbak in geschil.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de door X bepleite WOZ-waarde voor de paardenbak prevaleert boven de berekening van de heffingsambtenaar die gebaseerd is op de taxatiewijzer. De heffingsambtenaar heeft op generlei wijze inzichtelijk gemaakt welk type vergelijkingsobjecten ten grondslag heeft gelegen aan de kengetallen in de taxatiewijzer voor een "binnenbak/binnenmanege". Daardoor is onvoldoende inzichtelijk of de vergelijkingsobjecten die ten grondslag hebben gelegen aan deze kengetallen, wat betreft het volledig ontbreken van faciliteiten, zoals paardenboxen, zadelkasten, paardendouche en opslagplaats voor stro en voer, ontbreken, vergelijkbaar zijn met de onderhavige paardenbak. Daarbij komt nog dat de paardenbak enige maanden voor de waardepeildatum is opgeleverd, dat de stichtingskosten daarvan € 186.785 hebben bedragen en dat de heffingsambtenaar geen verklaring heeft gegeven voor het aanzienlijk verschil tussen de stichtingskosten van de paardenbak in 2011 van € 186.785 en de waarde van € 258.900 per de waardepeildatum (1 januari 2012). Het hof volgt de taxatie van X die in lijn ligt met de stichtingskosten van de paardenbak. De waarde van de paardenbak daalt naar € 192.000 en daarmee de totale WOZ-waarde naar € 1.363.100.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17