Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat X bv inwoner van Malta is en dat de inspecteur de VPB-navorderingsaanslagen terecht heeft opgelegd. Daarbij zijn doel en strekking van de remittance-bepaling van belang.

E houdt de aandelen in belanghebbende, X bv. X bv verstrekt leningen en houdt beleggingen aan. Sinds 2004 heeft X bv een vaste inrichting in Zwitserland. Met de inspecteur komt X bv overeen dat haar winst in de jaren 2004 - 2011 geheel is toe te rekenen aan haar vaste inrichting in Zwitserland en dat de inspecteur hiervoor een vrijstelling van VPB verleent. Op 18 november 2011 verplaatst X bv haar werkelijke leiding naar Malta. Naar aanleiding van het overleg tussen de inspecteur en X bv over de consequenties hiervan stelt de inspecteur vast dat X bv in Nederland VPB-aangifte moet doen, maar dat nihil-aanslagen zullen worden opgelegd, omdat de feitelijke leiding zich op Malta bevind. X bv past na de verplaatsing van de werkelijke leiding in Malta het remittance base regime toe, maar maakt in het geheel geen winst naar Malta over en ontvangt daar ook geen winst. X bv heeft hierdoor in de jaren 2012, 2013 en 2014 geen belasting betaald op Malta. Naar aanleiding van een in 2018 uitgevoerd boekenonderzoek legt de inspecteur VPB-navorderingsaanslagen op aan X bv.

Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat X bv inwoner van Malta is en dat de inspecteur de VPB-navorderingsaanslagen terecht heeft opgelegd. De rechtbank wijst er daarbij op dat X bv in beginsel belastingplichtig is over haar wereldinkomen in Malta. Dat de belasting over in het buitenland opgekomen inkomsten pas is verschuldigd op het moment dat de inkomsten naar Malta worden overgemaakt dan wel in Malta worden ontvangen, is daarbij niet van belang. Vervolgens stelt de rechtbank vast dat de winst van X bv, op grond van art. 7 Belastingverdrag NL - Malta, uitsluitend in Malta aan de belastingheffing is onderworpen. Op grond van doel en strekking van de remittance-bepaling (art 2 lid 5 Belastingverdrag NL - Malta) concludeert de rechtbank uiteindelijk echter dat de inspecteur terecht de navorderingsaanslagen heeft opgelegd. Zij zijn ook niet te hoog. De rechtbank overweegt hierbij ook nog dat terecht rekening is gehouden met vermogenswinsten. De navorderingsaanslagen blijven in stand.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Malta tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen 7

Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Malta tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen 4

Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Malta tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen 2

Wet op de vennootschapsbelasting 1969 5

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Vennootschapsbelasting, Internationaal belastingrecht

Instantie: Rechtbank Noord-Holland

Editie: 11 november

14

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen