Rechtbank Breda overweegt dat de inspecteur niet aannemelijk heeft gemaakt dat de omzet van de prostituees aan X moet worden toegerekend. De naheffingsaanslag omzetbelasting wordt vernietigd.

 

X (belanghebbende) exploiteert twee privéhuizen, waarin aan klanten de gelegenheid wordt geboden om tegen een vergoeding gebruik te maken van de diensten van prostituees. Bij X wordt een strafrechtelijk onderzoek ingesteld wegens verdenking van mensenhandel/-smokkel. Naar aanleiding van een strafrechtelijke doorzoeking wordt onder meer de administratie in beslag genomen. Ook worden telefoons afgeluisterd. Een samenvatting van de telefoontaps is in het politierapport van 12 maart 2009 opgenomen. De controleur heeft de privéhuizen noch X bezocht, maar zijn onderzoek gebaseerd op de tapverslagen en de in beslag genomen administratie. Naar aanleiding van deze onderzoeken wordt aan X de in geschil zijnde naheffingsaanslag omzetbelasting over het tijdvak 1 januari 2005 tot en met 31 december 2008 opgelegd met boete. Volgens de inspecteur is X als aanbieder van de diensten verantwoordelijk voor de omzetbelasting over de gehele omzet, dus inclusief het deel van de vergoeding dat bestemd is voor de prostituees. X komt in beroep. Rechtbank Breda overweegt dat voor de vraag of de omzet van de prostituees beschouwd moet worden als omzet van X, in de eerste plaats van belang is of er uitsluitend rechtsbetrekkingen bestonden tussen de klant en X. Daarnaast, in de tweede plaats, of tevens sprake was van rechtsbetrekkingen tussen de prostituees en de klant, op grond waarvan de prostituee zelfstandig jegens de klant een prestatie tegen vergoeding verrichtte. De aanwezigheid van bonnen die betrekking hebben op verhuur van kamers aan klanten en de verdeling van de betalingen door de klanten aan X respectievelijk de prostituee is op zichzelf onvoldoende om tot het bestaan van uitsluitend rechtsbetrekkingen tussen X en de klanten te concluderen. Bovendien is de rechtbank van oordeel dat het politierapport onvoldoende aanknopingspunten biedt voor het aannemen van uitsluitend rechtsbetrekkingen tussen X en de klanten. Het beroep is gegrond. De naheffingsaanslag en boetebeschikking worden vernietigd.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de omzetbelasting 1968 8

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Omzetbelasting

Instantie: Rechtbank Breda

2

Gerelateerde artikelen