X is rolstoelafhankelijk sinds maart 2002. Verschillende (revalidatie)artsen hebben de huisarts van X in de jaren 2003 en 2004 op de hoogte gebracht van haar lichamelijke beperkingen. X verhuist op 9 juli 2004 naar een koopwoning waar zij na aankoop onderhouds- en verbouwingswerkzaamheden heeft laten verrichten. Ook hebben er woningaanpassingen plaats gevonden om de woning rolstoeltoegankelijk te maken. De huisarts van X heeft op 12 januari 2008 een medische verklaring afgegeven waaruit blijkt dat de woning op medisch advies is aangepast. De inspecteur staat de aftrek van de aanpassingskosten als buitengewone uitgaven niet toe omdat de verklaring van de huisarts niet is afgegeven voorafgaand aan de in het jaar 2004 verrichte aanpassingen. Het beroep van X wordt gegrond verklaard. De inspecteur komt in hoger beroep.
Hof Leeuwarden verklaart het hoger beroep van de inspecteur ongegrond. De verklaring van de huisarts duidt op een medisch voorschrift als bedoeld in artikel 20a van het UB IB 2001 (red. tekst 2004). De inspecteur heeft deze verklaring echter ten onrechte op zich zelf staand beoordeeld, zonder de overige medische verklaringen (uit 2003) daarbij te betrekken. Er is sprake van een aan X voorafgaand aan de woningaanpassingen gegeven medisch voorschrift. Niet in geschil is dat voor het overige aan de voorwaarden voor aftrek is voldaan.