Belanghebbende, X, werkt tot 1 maart 2006 in dienstbetrekking. Vanaf 1 maart 2006 verricht hij als zzp-er timmerwerkzaamheden. Zijn gemachtigde geeft in de IB-aangifte 2006 een winst van nihil aan en een genoten loon van € 40.000 aan en € 12.038 aan ingehouden loonheffing. Naar aanleiding van een boekenonderzoek legt de inspecteur een IB-navorderingsaanslag op aan X.
Hof Arnhem oordeelt dat X te kwader trouw heeft gehandeld bij het indienen van de IB-aangifte voor het jaar 2006. Volgens het hof heeft X zijn gemachtigde namelijk niet de informatie verstrekt over de door hem behaalde winst uit onderneming. De adviseur kon daardoor geen juiste aangifte doen. De inspecteur kan dan ook navorderen zonder dat hij beschikt over een nieuw feit. De navorderingsaanslag blijft in stand.