De Hoge Raad oordeelt onder verwijzing naar het arrest nr. 15/02273 dat de inkoopwaarde van een btw-auto niet is gebaseerd op de prijs die door een wederverkoper wordt gehanteerd bij aankoop van een personenauto van een particulier. X bv kiest dus terecht voor het laagste restbedrag aan BPM.

X bv dient in 2010, 2011 en 2012 een groot aantal BPM-aangiften in ter zake van de registratie van gebruikte personenauto's uit het buitenland. De BPM is steeds berekend aan de hand van XRAY-koerslijsten van btw-auto's met toepassing van de 12%-regeling. X bv maakt bezwaar tegen de voldoeningen op aangifte. De inspecteur verklaart deze gegrond. Dit vanwege strijd met het EU-recht (zie HR 2 maart 2012, nr. 11/00785, V-N 2012/14.19). X bv stelt nader dat het om marge-auto's gaat, waardoor de BPM nog lager wordt. Volgens Rechtbank Den Haag mag worden uitgegaan van de (lagere) koerslijstwaarde van marge-auto's. Hof Den Haag oordeelt dat X bv de laagste waarde van de koerslijst mag kiezen, ongeacht hoe zij eigenaar is geworden van de auto's en ongeacht de fiscale herkomst van de auto's. De (fiscale) herkomst van de auto's is namelijk geen eigenschap die aan de auto's kleeft en beïnvloedt de heffing dus niet. De Staatssecretaris van Financiën gaat in cassatie.

De Hoge Raad oordeelt onder verwijzing naar het arrest nr. 15/02273 dat de inkoopwaarde van een btw-auto niet is gebaseerd op de prijs die door een wederverkoper wordt gehanteerd bij aankoop van een personenauto van een particulier (zie laatstelijk HR 19 september 2014, nr. 13/02558, V-N 2014/47.21, r.o. 3.6.2). X kiest dus terecht voor het laagste restbedrag aan BPM dat geacht kan worden nog vervat te zijn in de waarde van gelijksoortige reeds in het binnenland geregistreerde gebruikte personenauto's (zie HvJ EU 19 december 2013, nr. C-437/12, V-N 2014/2.18). Het maakt niet uit dat de onderhavige algemeen toegepaste koerslijst wel melding maakt van de inkoopwaarde van btw-auto's. Het standpunt van de Staatssecretaris dat de inkoopwaarden van btw-auto's en marge-auto's gemiddeld moeten worden, is ook onjuist. Het beroep van de Staatssecretaris is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 110

Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 10

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Omzetbelasting, Belastingheffing van motorrijtuigen

Instantie: Hoge Raad

4

Gerelateerde artikelen