Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat X bv niet aannemelijk maakt dat er sprake is van een langdurige verliessituatie die aanleiding zou kunnen geven om de gebruikelijkloonregeling buiten toepassing te laten.
X bv verricht beheeractiviteiten aan haar dochtermaatschappij Y bv. A is werknemer van X bv en werkt full-time. X bv heeft een perceel dat zij verhuurt aan Y bv. A verhuurt een deel van dit perceel aan een derde en ontvangt hiervoor in privé huurinkomsten. Daarnaast heeft A vanwege privé-opnames een rekening-courantschuld bij X bv. Op een gegeven moment leent A in privé geld uit aan X bv, omdat er verliezen worden geleden. Vervolgens stelt de accountant van X bv het loon van A lager vast dan het gebruikelijk loon wegens dreigend faillissement. De inspecteur legt naheffingsaanslagen loonbelasting en vergrijpboetes op, waarbij rekening wordt gehouden met het gebruikelijk loon.
Rechtbank Noord-Holland oordeelt, in lijn met eerdere rechtspraak en de parlementaire geschiedenis, dat het buiten toepassing laten van de gebruikelijkloonregeling alleen mogelijk is bij structureel verlies en gevaar voor de continuïteit van de onderneming. Over een langere periode genomen is, nog afgezien van de ten onrechte niet verantwoorde huurinkomsten, geen sprake van een verlies bij X bv.
Verder blijkt uit de privé-opnames in rekening-courant bij X bv dat het mogelijk was geld op te nemen zonder dat de continuïteit gevaar liep. De correctie van het gebruikelijk loon tot het normbedrag blijft in stand.
Lees ook het thema Gebruikelijk loon.
Wetsartikelen:
Wet op de loonbelasting 1964 12a
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Loonbelasting
Instantie: Rechtbank Noord-Holland
Editie: 3 maart
Focus: Focus
Carrousel: Carrousel