Belanghebbende, A bv, exploiteert een (sport)marketing communicatiebedrijf. De heer X is haar enig aandeelhouder en tevens enig directeur. A bv stelt auto's aan haar werknemers ter beschikking. Van begin 2008 tot begin 2013 is dat onder meer een Smart. Volgens X is de auto in een vlaag van verstandsverbijstering gekocht toen een vriend van hem ging emigreren. De auto stond altijd voor het bedrijfsverzamelgebouw waar A bv gevestigd is en iedereen van het gebouw mocht de auto gebruiken. De sleutels lagen daarom bij de receptie. Er is geen km-administratie voor bijgehouden. In geschil is de naheffingsaanslag loonheffing over 2009 tot en met 2012 ad € 8.286, alsmede de 25% vergrijpboete. Rechtbank Noord-Holland stelt de inspecteur in het gelijk. A bv gaat in hoger beroep.
Hof Amsterdam oordeelt dat de inspecteur aannemelijk maakt dat de auto ter beschikking is gesteld aan X, aangezien hij zelfstandig kon bepalen wie van de Smart gebruik kon maken. De auto werd niet alleen gebruikt in het belang van A bv, zoals in HR 22 januari 2016, nr. 15/02550, V-N 2016/6.12. De bijtellling privégebruik is dus terecht. A bv stelt vergeefs dat de bijtelling moet worden beperkt tot de werkelijke autokosten (zie HR 17 maart 1993, nr. 28.678, V-N 1993/1187.15). Dat arrest had namelijk betrekking op de bijtelling/autokosten van een ondernemer. De boete is ook terecht. Door geen km-administratie bij te houden heeft A bv in zo grote mate onzorgvuldig en lichtvaardig gehandeld dat haar een ernstig verwijt kan worden gemaakt en is het dus aan haar grove schuld te wijten dat te weinig belasting is ingehouden en afgedragen. Het beroep van A bv is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet op de loonbelasting 1964 13bis
Algemene wet inzake rijksbelastingen 67f
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Loonbelasting
Instantie: Hof Amsterdam
Editie: 9 augustus