In een brief over het doorbraakproject onderwijs en ict heeft de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mede namens de Staatssecretaris van Financiën, gereageerd op  de motie over het ongelijke btw-speelveld op conventionele leerboeken en digitale leermiddelen. Deze motie van de leden Duisenberg en Jadnanansing is op 3 juli 2014 aangenomen door de Tweede Kamer.

Brief Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, 17 maart 2015, nr. 713990  

Volgens de staatssecretaris biedt de Europese btw-wetgeving onvoldoende ruimte om het verlaagde btw-tarief op digitale leermiddelen toe te passen. Aanbieders gebruiken in toenemende mate de cloud om leermiddelen aan te bieden. Deze digitale leermiddelen worden geleverd zonder fysieke drager. Deze dienst is belast tegen het algemene btw-tarief. Europese btw-wetgeving sluit expliciet toepassing van het verlaagde btw-tarief uit voor deze diensten. Als digitale leermiddelen worden verstrekt op een fysieke drager, mag de transactie tegen het lage tarief worden belast. Er wordt bezien of verduidelijking dient plaats te vinden in het besluit Toelichting Tabel I (V-N 2014/52.15). Het kabinet is van mening dat de snel veranderende distributie en consumptie van kranten, boeken en tijdschriften, van print naar digitaal, het steeds urgenter maakt dat het verschil in btw-tarief verdwijnt. Nederland heeft de verantwoordelijke Eurocommissaris verzocht dit punt op de EU-agenda te zetten.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Omzetbelasting

Regelgevende instantie: Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Editie: 14 april

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen