De definitieve aanslag IB/PVV 2012 wordt overeenkomstig de door X ingediende aangifte geautomatiseerd opgelegd. Daarbij wordt een bedrag van € 5002 aan specifieke zorgkosten en een bedrag van € 12.552 aan aftrekbare rente en kosten eigen woning in aftrek toegelaten. Na het vaststellen van de definitieve aanslag wordt onderzoek gedaan naar het aangiftegedrag van de gemachtigde van X. In dat kader is aan X een vragenbrief gestuurd met het verzoek de door hem opgevoerde aftrekposten te onderbouwen. X slaagt niet geheel in deze onderbouwing. Gevolg is de in geschil zijnde navorderingsaanslag IB/PVV 2012.
Volgens Rechtbank Noord-Holland hoefde de inspecteur niet te twijfelen aan de juistheid van de aangifte van X. De opgevoerde aftrekposten zijn niet dermate hoog dat de inspecteur nader onderzoek had moeten doen. Er is niet sprake van een aan navordering in de weg staand ambtelijk verzuim. De stelling van X dat hij als gevolg van het late opvragen van informatie door de inspecteur in bewijsnood verkeerde, kan hem niet baten. Het is volgens de rechtbank voor rekening van X dat hij betalingsbewijzen en andere schriftelijke bescheiden niet heeft bewaard. X heeft geen recht op hogere aftrekposten dan die reeds in aanmerking zijn genomen. Het beroep van X is ongegrond. X krijgt wel schadevergoeding toegekend vanwege overschrijding van de redelijke termijn in de bezwaar- en beroepsfase.
Wetsartikelen:
Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 6
Algemene wet inzake rijksbelastingen 16
Wet inkomstenbelasting 2001 6.17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Noord-Holland
Editie: 23 juli