X behandelt op zelfstandige basis op spiritueel vlak personen met lichamelijke en geestelijke aandoeningen. Hij is daarmee ondernemer voor de omzetbelasting. Hij vraagt een vergoeding op basis van vrijgevigheid. Rechtbank 's-Gravenhage is van oordeel dat de ontvangen bedragen geen vergoedingen zijn voor verrichte prestaties. Voor het hof is in geschil of de verrichtingen van X zijn aan te merken als prestaties onder bezwarende titel.
Hof 's-Gravenhage is van oordeel dat hier sprake is van prestaties onder bezwarende titel welke zijn belast met omzetbelasting. Gelet op de omvang van de verdiensten lijkt de contractuele relatie tussen X en zijn klanten zo te zijn, dat X een bepaald bedrag in rekening brengt, maar afhankelijk van de financiële positie van de klant het bedrag niet (geheel) int. De aard van de verrichtingen van X en de omstandigheden waaronder hij ze verricht doen daar niet aan af, omdat de omzetbelasting als objectieve verbruiksbelasting geen rekening houdt met het doel of resultaat van de prestaties.