Belanghebbende, X, werkt gedurende de periode 1 januari 2006 tot en met 30 april 2009 als directeur bij A bv en heeft de beschikking over een Volvo. A bv heeft de bijtelling vanwege privégebruik achterwege gelaten omdat X, met ingang van 1 januari 2006, een verklaring geen privé gebruik auto ter beschikking heeft gesteld. De inspecteur heeft X in 2010 en 2011 vragenformulieren toegezonden ter controle of terecht van de verklaring geen privé gebruik auto gebruik is gemaakt. X slaagt er niet in betrouwbare kilometeradministraties te overleggen omdat de kilometerteller van zijn auto defect is. Gevolg zijn de in geschil zijnde naheffingsaanslagen loonheffingen over de jaren 2006 tot en met 2008 en naheffingsaanslagen inkomensafhankelijke bijdrage zvw over de jaren 2007 en 2008 met bijbehorende boetebeschikkingen. De rechtbank handhaaft de naheffingsaanslagen maar matigt de boetes in verband met de financiële omstandigheden van X. X komt in hoger beroep.
Hof Den Haag is van mening dat de inspecteur voor de jaren 2006 tot en met 2008 terecht een bijtelling privégebruik auto in aanmerking genomen. X heeft voor de jaren 2006 en 2007 in het geheel geen administratie, of enige andere vorm van bewijs, overgelegd. De rittenadministratie voor het jaar 2008 bevat geen begin- en geen eindstand van de kilometerteller per rit. Ook de achteraf opgestelde nieuwe rittenadministratie over dat jaar bevat geen betrouwbare weergave van de werkelijk gereden (privé)kilometers. Er is sprake van grove schuld aan de kant van X. Voor een verdere matiging van de boetes dan hetgeen de rechtbank heeft gedaan is volgens het hof geen plaats. Het hoger beroep is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet op de loonbelasting 1964 13bis
Algemene wet inzake rijksbelastingen 67f
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Loonbelasting
Instantie: Hof Den Haag
Editie: 17 februari