De Staatssecretaris van Financiën heeft de nota naar aanleiding van het verslag inzake de Wet vrijstelling uitkeringen Artikel 2-fonds naar de Tweede Kamer gestuurd. Hij wil geen terugwerkende kracht aan de vrijstelling geven.

De Staatssecretaris van Financiën heeft de nota naar aanleiding van het verslag inzake de Wet vrijstelling uitkeringen Artikel 2-fonds naar de Tweede Kamer gestuurd. Het gaat hier om vrijstelling van inkomstenbelasting van bepaalde periodieke uitkeringen aan specifieke groepen oorlogsslachtoffers. De staatssecretaris beaamt dat het belastingverdrag met Duitsland het heffingsrecht over deze uitkeringen toewijst aan Duitsland. Duitsland heft echter niet zodat de uitkering zonder belastingheffing wordt uitgekeerd. De betekenis van de beoogde vrijstelling zit hierin dat als gevolg van het feit dat de uitkeringen niet langer tot het inkomen behoren er in de inkomstenbelasting geen progressievoorbehoud meer wordt toegepast op deze uitkeringen en de gerechtigden niet langer gevolgen voor andere heffingen en voor de toeslagen ondervinden.

Het kabinet wil de vrijstelling alleen voor de toekomst laten werken, mede gezien de uitvoeringsaspecten die terugwerkende kracht zou meebrengen.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Dossiers: Prinsjesdag 2015

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

2

Gerelateerde artikelen