Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de inspecteur niet aannemelijk maakt dat X in 2007 inkomsten uit een hennepkwekerij heeft genoten en dat de aangifte tot een te laag bedrag is gedaan. De navorderingsaanslag alsmede de heffingsrente- en boetebeschikkingen worden vernietigd. 

Belanghebbende, X, exploiteert in een huurwoning een hennepkwekerij, zo blijkt bij een brand in de woning. Op grond van een proces verbaal inzake berekening wederrechtelijke verkregen voordeel legt de inspecteur X een navorderingsaanslag IB over 2007 op, waarbij ruim 2,5 ton euro aan hennepinkomsten worden belast. Rechtbank Zeeland-West-Brabant vernietigt de aanslag. De rechtbank oordeelt dat de inspecteur noch aannemelijk maakt dat X in 2007 inkomsten uit hennepkwekerij heeft genoten noch dat de aangifte tot een te laag bedrag is gedaan. De regels van de wettelijke omkering van de bewijslast zijn daarom niet van toepassing. Naast de aanslag vernietigt de rechtbank de boete- en heffingsrentebeschikkingen. De rechtbank verklaart het beroep gegrond.  

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.90

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67e

Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 4 februari

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen