Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat voor het recht op de afdrachtvermindering onderwijs is vereist dat aan de geldende formele voorwaarden is voldaan. Een op schrift gestelde overeenkomst is dan nodig. Voor werknemers die al een MBO-diploma op niveau 4 of hoger hadden, bestaat ook recht op de afdrachtvermindering.

X bv exploiteert een kinderopvang. Omdat 138 van haar werknemers een ‘MHBO-programma’ aan een bedrijfsschool volgen, claimt X bv afdrachtvermindering onderwijs voor deze werknemers. Naar aanleiding van een boekenonderzoek stelt de inspecteur vast dat X bv niet heeft voldaan aan alle formele vereisten en legt een naheffingsaanslag loonheffingen op.

Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat voor het recht op de afdrachtvermindering onderwijs is vereist dat aan de geldende formele voorwaarden is voldaan. Een en ander om controle door de Belastingdienst mogelijk te maken. Nu ondertekening van de overeenkomst een van de voorwaarden is, kan niet volledig aan de formele voorwaarden worden voldaan met een niet op schrift gestelde overeenkomst. Verder wijst de rechtbank er op dat bij het ontbreken van een door alle partijen getekende schriftelijke praktijkovereenkomst geen recht bestaat op de afdrachtvermindering onderwijs. Dan is ook niet meer relevant of daadwerkelijk de bedrijfspraktijkvorming is gevolgd en komen de gevolgen van het zoekraken van overeenkomsten voor rekening van X bv. De rechtbank vermindert de naheffingsaanslag nog wel. De inspecteur heeft namelijk ook geen afdrachtvermindering verleend voor enkele werknemers die al een MBO-diploma op niveau 4 of hoger hadden. Voor deze werknemers bestaat echter wel recht op de afdrachtvermindering.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Uitvoeringsregeling loonbelasting 2011 11d

Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen 14

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Loonbelasting

Instantie: Rechtbank Noord-Holland

Editie: 23 maart

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen