Hof ‘s-Hertogenbosch acht aannemelijk dat de zoon van X de economisch gerechtigde is tot de tegoeden op de Luxemburgse bankrekening en de daarmee behaalde rendementen, ondanks het feit dat belanghebbendes echtgenote de rekeninghouder is.

Aan belanghebbende, X, zijn diverse (navorderings)aanslagen IB/PVV en vermogensbelasting opgelegd met verhogingen respectievelijk boeten vanwege het aanhouden van een bankrekening bij Van Lanschot Bankiers te Luxemburg door belanghebbendes echtgenote. X stelt dat niet hij of zijn echtgenote gerechtigd is tot de tegoeden op de bankrekening, maar zijn in Indonesië woonachtige zoon. Ter ondersteuning van deze stelling overlegt X een op Indonesisch aktepapier getypte overeenkomst waarin de zoon zijn moeder verzoekt om een bankrekening voor hem te openen in Luxemburg.

Hof ‘s-Hertogenbosch acht aannemelijk dat de zoon van X de economisch gerechtigde is tot de tegoeden op de Luxemburgse bankrekening en de daarmee behaalde rendementen, ondanks het feit dat belanghebbendes echtgenote de rekeninghouder is. Het hof acht de Indonesische akte authentiek en verwerpt het standpunt van de Belastingdienst dat de overeenkomst is geantedateerd. Gelet op de zeer korte tijdsverloop tussen het sluiten van de overeenkomst en het openen van de bankrekening, acht het hof aannemelijk dat de echtgenote van X met het openen van de bankrekening uitvoering heeft gegeven aan de overeenkomst. Het hof vermindert de primitieve aanslag en vernietigt de navorderingsaanslagen, de verhogingen (na kwijtschelding), de boetebeschikkingen en de beschikkingen heffingsrente

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67e

Algemene wet inzake rijksbelastingen 16

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 6 februari

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen