Hof Amsterdam overweegt in navolging van Rechtbank Haarlem dat X geen recht heeft op de kortingen. Uit de basisadministratie persoonsgegevens blijkt dat de dochter van X in 2006 op het woonadres van X staat ingeschreven van 26 oktober 2006 tot en met 31 december 2006. Dit is minder dan de vereiste zes maanden zodat X niet in aanmerking kan komen voor toepassing van de heffingskortingen. Dat X vanaf 15 april 2006 tot het einde van het jaar de volledige zorg over zijn dochter heeft gehad leidt niet tot een ander oordeel. De wetgever heeft er immers voor gekozen om de inschrijvingseis zonder restrictie in de wet op te nemen. Het hoger beroep is ongegrond.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Hof Amsterdam
Editie: 13 februari