Belanghebbende, X, woont in 2007 in België en houdt aandelen in in Nederland genoteerde beursfondsen. De gemiddelde waarde van de aandelen bedraagt in 2007 € 169.146. X ontvangt in 2007 dividend, waarop € 729 aan dividendbelasting is ingehouden. In zijn IB-aangifte over 2007 opteert X niet voor de behandeling als binnenlands belastingplichtige. Hij stelt dat hij recht heeft op een teruggaaf van € 438 aan dividendbelasting. X rekent hierbij het bedrag van € 729 deels toe aan het dividend en deels aan de waardeaanwas van de aandelen. Verder past hij een pro rata verdeling toe van de 'fictieve box 3-belasting' over het dividend en die vermogensaanwas. Rechtbank Breda oordeelt dat er een verschil in behandeling is tussen X en een binnenlandse aandeelhouder. De dividendbelasting fungeert bij X namelijk als eindheffing, terwijl een binnenlands belastingplichtige de dividendbelasting als voorheffing op de IB mag verrekenen. Vervolgens geeft de rechtbank aan dat er sprake is van objectief gezien gelijke situaties, maar dat X niet nadelig wordt behandeld ten opzichte van de binnenlandse aandeelhouder. De rechtbank wijst er hierbij op dat de belasting die een binnenlands belastingplichtige over zijn aandelen moet betalen, hoger is dan de niet verrekenbare dividendbelasting die X heeft betaald. Het gelijk is aan de inspecteur. X stelt in cassatie dat de rechtbank is uitgegaan van een onjuiste vergelijkingsmaatstaf. Volgens X dient alleen het feitelijke dividendrendement in de vergelijking te worden betrokken.
De Hoge Raad oordeelt dat het stelsel van de Nederlandse IB, bij een vergelijking van de effectieve Nederlandse belastingdruk op dividenden genoten door respectievelijk een niet-ingezetene en een ingezetene, tot vragen leidt. Deze vragen vormen voor de Hoge Raad aanleiding om prejudiciële vragen aan het HvJ EU te stellen. De Hoge Raad houdt de zaak aan totdat het HvJ EU uitspraak heeft gedaan.
Wetsartikelen:
Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 63
Wet inkomstenbelasting 2001 9.2
Wet inkomstenbelasting 2001 7.7
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Europees belastingrecht
Instantie: Hoge Raad
Editie: 23 december