Eiseres, X bv, is opgericht op 13 januari 2005 en houdt zich bezig met diensten op het gebied van automatisering en telecommunicatie alsmede met handel in en im- en export van bouwmaterialen. Vanaf 1 februari 2005 vormt X bv met een andere vennootschap een fiscale eenheid voor de omzetbelasting. Na een boekenonderzoek bij X bv weigert de inspecteur aftrek van voorbelasting en legt hij aan X bv een naheffingsaanslag omzetbelasting op over het tijdvak van 1 januari tot en met 31 maart 2005.
Rechtbank Leeuwarden vernietigt de naheffingsaanslag omzetbelasting omdat deze niet aan X bv maar aan de fiscale eenheid opgelegd had moeten worden. De uitzondering waar vernietiging achterwege kan blijven (HR 19 december 1990, nr. 26 825, BNB 1991/79) doet zich niet voor omdat in het geval van X bv door de afgegeven beschikking fiscale eenheid geen onzekerheid bestond over de vraag of er van een fiscale eenheid sprake was. Conclusie is dat het beroep gegrond is en dat de naheffingsaanslag en de boete moeten komen te vervallen. De rechtbank ziet geen aanleiding voor een integrale proceskostenvergoeding omdat X bv pas kort voor de tweede mondelinge behandeling haar grief dat de tenaamstelling onjuist was, naar voren heeft gebracht.