De Hoge Raad oordeelt dat de remittancebepaling tot gevolg heeft dat Nederland bevoegd is om belasting te heffen over de rente, voor zover de rente niet is overgemaakt naar Malta of aldaar is ontvangen. Dat het Zwitserse rente betreft is niet van belang.
B is sinds 2004 woonachtig in Zwitserland en houdt de aandelen in belanghebbende, X bv. X bv is naar Nederlands recht opgericht en daar ook statutair gevestigd. In 2013 worden de statutaire directie en de feitelijke leiding van X uitgeoefend door een op Malta gevestigde rechtspersoon. B betaalt de over de rekening courant met X bv verschuldigde rente van € 53.485 niet. X houdt in haar VPB-aangifte 2013 geen rekening met de schuldig gebleven rente. Volgens de inspecteur is X bv onbeperkt belastingplichtig in Nederland en is de rente belastbaar in Nederland. Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat Nederland de door B schuldig gebleven rente mag belasten. Volgens het hof volgt uit de remittancebepaling (art. 2 lid 5 Verdrag NL-MT) niet dat het bereik daarvan is beperkt tot inkomsten uit bronnen gelegen in een van de verdragsluitende staten. X bv gaat in cassatie.
De Hoge Raad oordeelt dat de remittancebepaling tot gevolg heeft dat Nederland bevoegd is om belasting te heffen over de rente, voor zover de rente niet is overgemaakt naar Malta of aldaar is ontvangen. Dat het Zwitserse rente betreft is ook niet van belang. De in art. 7 Verdrag NL-MT omschreven voordelen worden weliswaar exclusief ter heffing toegewezen aan Malta, maar dan is wel vereist dat zij zijn overgemaakt naar Malta of aldaar zijn ontvangen. Als dat niet het geval is, vindt geen vermindering van Nederlandse belasting plaats. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie van X bv ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet op de vennootschapsbelasting 1969 2
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Vennootschapsbelasting, Internationaal belastingrecht
Instantie: Hoge Raad
Editie: 4 juli
Carrousel: Carrousel