Hof ‘s-Hertogenbosch oordeelt dat X als binnenlands belastingplichtige aan belastingheffing is onderworpen voor zijn wereldinkomen en geen recht heeft op aftrek van dubbele belasting omdat hij niet belastingplichtig is Spanje.

X verricht van 7 december 2014 tot en met 5 december 2015 werkzaamheden in loondienst van een Nederlandse bv aan boord van schepen in het Noordzeegebied. Van 1 december 2014 tot 1 november 2015 huurt hij een woning in Spanje. Vanaf 22 november 2015 staat X weer op het Nederlandse adres van zijn eigen woning ingeschreven. In de aanslag IB/PVV 2015 weigert de inspecteur aftrek ter voorkoming van dubbele belasting. In geschil is of X recht heeft op voorkoming op grond van het Belastingverdrag Nederland-Spanje.

Hof ‘s-Hertogenbosch oordeelt in navolging van de rechtbank dat X onvoldoende onderbouwt dat hij in 2015 in Spanje was onderworpen aan belastingheffing. Hij heeft slechts zijn Spaanse huurcontract en een Spaans NIEnummer overgelegd. De inspecteur heeft hem terecht als binnenlandse belastingplichtige aangemerkt zodat hij in Nederland belast wordt naar zijn wereldinkomen en geen recht heeft op voorkoming. Het hoger beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 1.2

Wet inkomstenbelasting 2001 1.1

Algemene wet inzake rijksbelastingen 4

Overeenkomst tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van de Spaanse Staat tot het vermijden van dubbele belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen 16

Overeenkomst tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van de Spaanse Staat tot het vermijden van dubbele belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen 4

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Rubriek: Internationaal belastingrecht

Editie: 29 april

Informatiesoort: VN Vandaag

389

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen