Belanghebbende, X, laat een gemachtigde bezwaar maken tegen een naheffingsaanslag parkeerbelasting van de gemeente Wageningen. De naheffingsaanslag is opgelegd op 13 juli 2016 om 10.40 uur. X heeft een betalingsbewijs overgelegd voor 13 juli 2016 van 10.43 tot 11.18 uur.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de heffingsambtenaar de hoorplicht heeft geschonden door X ondanks een verzoek daartoe niet te horen. Het hof is echter van oordeel dat X door het niet horen niet is benadeeld. X heeft ter zitting zelfs niet globaal willen aangegeven op welke punten hij verschil van mening heeft met de heffingsambtenaar over (de waardering van) de feiten. Het hof gaat voorbij aan schending van de hoorplicht maar veroordeelt de heffingsambtenaar wel in de proceskosten van X voor een bedrag van € 742,50. Het hof handhaaft de naheffingsaanslag. X heeft de redelijke termijn om de parkeerapparatuur in werking te stellen overschreden door de auto pas drie minuten na het opleggen van de naheffingsaanslag aan te melden.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 7:2
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Belastingen van lagere overheden
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden