Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat het beroep is gericht tegen drie samenhangende besluiten, zijnde de BPM-naheffingsaanslag, de vergrijpboete en de heffingsrente, zodat slechts eenmaal griffierecht is verschuldigd. De griffier heeft dus ten onrechte 146 maal griffierecht geheven.

X doet BPM-aangiften ter zake van de registratie van 145 gebruikte auto's en 1 nieuwe auto. Na een boekenonderzoek stelt de inspecteur dat X de waardeverminderingen ten onrechte heeft vastgesteld op basis van taxatierapporten, waarbij op de koerslijstwaarden van de auto's de gecalculeerde schade geheel in mindering is gebracht. In geschil is de naheffingsaanslag over 2013 van € 108.449, alsmede de 50% vergrijpboete. Nadat X beroep heeft aangetekend, splitst de rechtbank het beroep in 146 afzonderlijke zaken, waarvoor apart griffierechten verschuldigd zijn. Voor 136 zaken wordt door X geen griffierecht voldaan. In geschil is of de rechtbank deze zaken zonder zitting terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard. X gaat deswege in verzet.

Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat het beroep is gericht tegen drie samenhangende besluiten, zijnde de naheffingsaanslag, de boete en de heffingsrente, zodat slechts eenmaal griffierecht is verschuldigd. De griffier heeft dus ten onrechte 146 maal griffierecht geheven. Het verzet van X is gegrond. Administratief blijft de splitsing overigens in stand, maar het aantal zaken wordt teruggebracht naar 132 zaken. Dit is het totaal van 146 minus de tien auto's waarvan het na te heffen bedrag nihil of negatief is en verminderd met de vier auto's waarvan de correcties bij uitspraak op bezwaar al zijn verminderd tot nihil. De meervoudige kamer verwijst de zaken voor verdere behandeling naar de enkelvoudige kamer.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:41

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Belastingheffing van motorrijtuigen

Instantie: Rechtbank Noord-Nederland

Editie: 12 december

6

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen