Hof 's-Hertogenbosch oordeelt in hoger beroep dat er voldoende concrete aanwijzingen zijn dat de heer X de hennepkwekerij reeds in 2005 exploiteerde. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

De heer X is eigenaar van een woning waar in april 2010 in de kelder een grote hennepkwekerij is aantroffen. De hennep was toen net geoogst. De elektriciteitsmeter en gasmeter bleken te zijn gemanipuleerd. De totale opbrengst van de kwekerij in de afgelopen vijf jaar wordt door de inspecteur berekend op € 678.693. In geschil is de IB-navordering over 2005 waarbij 1/5e van deze totale opbrengst is belast en waarbij een boete van 50% is opgelegd. Volgens Rechtbank Breda is het aannemelijk dat X de kwekerij exploiteerde en de inkomsten niet in zijn IB-aangifte verantwoordde. X heeft over 2005 dus niet de vereiste aangifte gedaan, zodat de bewijslast moet worden omgekeerd en verzwaard. De navordering is echter niet gebaseerd op een redelijke schatting, aangezien X de woning pas in mei 2005 heeft betrokken. De boete wordt gematigd tot 40% wegens het overschrijden van de redelijke termijn. X heeft ook recht op een immateriële schadevergoeding van € 1.000 omdat de redelijke termijn in de bezwaarfase is overschreden. Aangezien sprake is van vier samenhangende procedures, krijgt X in casu € 250. X gaat in hoger beroep.

Hof 's-Hertogenbosch (MK I, 26 februari 2016, 15/00011, V-N Vandaag 2016/1370) oordeelt dat er voldoende concrete aanwijzingen zijn dat X de kwekerij reeds in 2005 exploiteerde. Zo werd in maart 2005 al geklaagd over stankoverlast. X slaagt niet in het bewijs dat de aanslag te hoog is. Afgezien van zijn onjuiste stelling dat hij in 2005 geen hennep heeft geteeld, heeft X namelijk verder niets aangevoerd. Vanwege de opzet van X om de inkomsten niet aan te geven, is de boete van 50% in principe passend en geboden. De rechtbank heeft de boete gematigd met 20%. Aangezien de redelijke termijn in hoger beroep niet is overschreden, is er geen reden voor een verdere matiging. Het beroep van X is ongegrond.

De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

Lees ook het thema Navordering.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 16

Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e

Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 6

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Hoge Raad

Editie: 25 november

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen