Belanghebbende, X bv, exporteert onder andere aardappelen en sinaasappels aan afnemers in andere lidstaten van de EU. Ze past hierbij het nihiltarief toe. Uit een onderzoek van de inspecteur blijkt dat de administratie van X bv niet op orde is: alleen de verkoopfacturen en de bescheiden waaruit blijkt dat de facturen waren betaald zijn nog aanwezig. De inspecteur legt btw-naheffingsaanslagen aan X bv op omdat in de administratie geen bewijs is te vinden dat de goederen, die als intracommunautair geleverd waren geboekt, werkelijk naar andere lidstaten zijn vervoerd. Rechtbank Zeeland – West-Brabant oordeelt dat X bv voor één van de afnemers heeft aangetoond dat sprake is geweest van ICT's. De rechtbank overweegt hierbij dat niet is vereist dat X bv CMR´s moet aanleveren. De verklaringen die de afnemer heeft afgelegd, zijn volgens de rechtbank voldoende. Ten aanzien van de andere afnemers heeft X bv echter niet aangetoond dat sprake is geweest van ICT's, zodat de naheffingsaanslagen in zoverre terecht zijn opgelegd. De rechtbank vermindert de naheffingsaanslagen. Hof 's-Hertogenbosch verklaart het hoger beroep van X bv niet-ontvankelijk, omdat X bv het griffierecht niet heeft betaald. X gaat hiertegen in verzet. X bv stelt daarbij dat zij het griffierecht niet heeft betaald omdat de financiële situatie op dat moment niet goed was.
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat het hoger beroep van X bv terecht niet-ontvankelijk is verklaard. Het hof wijst daarbij onder andere op de arresten van de Hoge Raad van 28 maart 2014, nr. 12/03888 (V-N 2014/16.8) en nr. 2012/04639 (V-N 2014/16.9). Verder overweegt het hof dat X bv geen feiten en omstandigheden heeft aangevoerd op grond waarvan het onbetaald laten van het griffierecht verschoonbaar zou zijn. Het hof wijst er hierbij op dat X bv niets heeft gesteld over haar vermogenspositie en geen bewijsstukken heeft overgelegd over de op dat moment eventuele financiële beperkingen, waaruit zou blijken dat zij het griffierecht niet kon betalen.
Wetsartikelen:
Wet op de omzetbelasting 1968 9
Algemene wet inzake rijksbelastingen 27l