X is beheerder van het eiland Tiengemeten en exploitant van de enige veerpont van en naar het eiland. De heffingsambtenaar van de gemeente Korendijk heeft een aanslag toeristenbelasting opgelegd op basis van het aantal overvaarkaartjes. Hof Den Haag oordeelt onder andere dat de heffing alleen voor het eiland geen strijd oplevert met het discriminatieverbod. X verkeert in een andere positie dan andere beheerders van recreatieterreinen in de gemeente. X levert naast toegang tot het eiland, aan de bezoeker nog een andere, daarvan te onderscheiden prestatie, te weten het vervoer (tegen betaling) naar het eiland met een door X geëxploiteerde veerboot. Klaarblijkelijk heeft de (gemeentelijke) wetgever geoordeeld dat het met een kano of een ander vaartuig aanleggen bij het eiland, zonder dat daarvoor (afzonderlijk) een prijs in rekening wordt gebracht, zowel feitelijk als juridisch iets anders is dan het met de door X geëxploiteerde veerdienst tegen betaling vervoerd worden naar het eiland. Dit oordeel dient de rechter te eerbiedigen. De beslissing van de gemeentelijke wetgever om voor de heffing aan te knopen bij de betaling voor een dienst die een directe relatie heeft met het verlenen van verblijf in de gemeente, is niet van redelijke grond ontbloot. Voor een verblijf in de gemeente dat enkel dient om zo spoedig mogelijk weer te vertrekken kan geen toeristenbelasting worden geheven (vgl. HR 17 september 1999, nr. C98/307HR, ECLI:NL:HR:1999:ZC1967). Niet gebleken is echter dat de bezoekers naar het eiland gaan om zo spoedig mogelijk weer te vertrekken. Hun komst naar het eiland wordt ingegeven door de wens daar kortere of langere tijd te verblijven. Dat hun komst in veel gevallen vooral verband houdt met de aanwezigheid van enkele niet door X geëxploiteerde voorzieningen (musea, herberg), doet daaraan niet af.
Wetsartikelen: