Belanghebbende, X, houdt de aandelen in B bv. B bv houdt de aandelen in C bv. In 2000 verkoopt X een perceel grond aan C bv voor € 86.000. Sinds 2008 wordt 1100 m² van het perceel te koop aangeboden voor € 150 per m². In 2011 levert C bv 1170 m² voor € 40.000 aan X. Tevens verkoopt C bv 100 m², met een telefoonmast, voor € 51.000 aan D bv. In 2012 verkoopt X vervolgens 1000 m² van zijn perceel aan E voor € 120.000. Naar aanleiding van een boekenonderzoek legt de inspecteur een IB-navorderingsaanslag op aan X. Volgens de inspecteur is er namelijk sprake van een uitdeling van € 80.000 (€ 120.000 -/- € 40.000) van C bv aan X.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat er sprake is van een uitdeling. De rechtbank overweegt daarbij dat de transactie tussen X en E onder zakelijke voorwaarden tot stand is gekomen, en dat de prijs van € 120.000 derhalve de waarde in het economische verkeer vertegenwoordigt. Verder wijst de rechtbank er op dat de grond te koop is aangeboden voor € 150 per m². De navorderingsaanslag blijft in stand.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 4.12