Hof Arnhem overweegt dat de uitkering aan het Joodse oorlogsslachtoffer X als periodieke uitkering tot haar belastbare inkomen behoort.

Belanghebbende, X, is slachtoffer van de vervolging van Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog. Aan X is in het jaar 2005 een uitkering toegekend van € 270 per maand  uit het zogenoemde "Artikel 2 Fonds" van de Conference On Jewish Material Claims Against Germany Inc. De uitkeringen komen ten laste van de Duitse overheid. De uitkering is mede afhankelijk van de inkomens- en vermogenspositie en eindigt bij het overlijden van X. In haar aangifte inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen geeft X de uitkeringen aan. Zij heeft voor dit bedrag een aftrek ter voorkoming van dubbele belastingheffing gevraagd omdat de periodieke uitkering als een publiekrechterlijke uitkering van de Duitse overheid wordt aangemerkt. De heffing van inkomstenbelasting is daarover volgens het Verdrag met Duitsland toegewezen aan Duitsland. Duitsland heft geen belasting over deze uitkering. De aanslag wordt overeenkomstig de aangifte vastgesteld. X is in Nederland verzekerd voor de volksverzekeringen. Omdat het vastgestelde belastbare inkomen tevens als premie-inkomen wordt aangemerkt, is in de aanslag een bedrag aan premie volksverzekeringen begrepen dat is verschuldigd over de uitkering. X komt in beroep en stelt dat de uitkering niet tot haar belastbare inkomen en premie-inkomen behoort. Rechtbank Arnhem verklaart het beroep ongegrond. X komt in hoger beroep.

Hof Arnhem verklaart het hoger beroep ongegrond. De inspecteur heeft de uitkering terecht tot het belastbare inkomen uit werk en woning gerekend. Daaraan doet niet af dat de uitkering moet worden aangemerkt als een vergoeding voor door X geleden immateriële schade. Op de over het vastgestelde belastbare inkomen uit werk en woning verschuldigde inkomstenbelasting is een aftrek toegepast ter voorkoming van dubbele belasting. Volgens het hof is de over het vastgestelde belastbare inkomen verschuldigde inkomstenbelasting op juiste wijze berekend. X is verzekerd voor de volksverzekeringswetten. De over het vastgestelde premie-inkomen verschuldigde premies volksverzekeringen zijn op de juiste wijze berekend. Het hoger beroep is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Premieheffing

Instantie: Hof Arnhem

Editie: 13 februari

0

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen