Rechtbank Breda oordeelt dat X bv had moeten weten dat de btw op de factuur voor de managementwerkzaamheden betaald moest worden. Dat de dga van X bv dit niet kon vermoeden, acht de rechtbank niet aannemelijk. De vergrijpboete van 25% is terecht.

De directeur-grootaandeelhouder (hierna: dga) van balanghebbende, X bv, geeft in 2008 opdracht tot het uitschrijven van een factuur voor managementwerkzaamheden die X bv heeft verricht voor haar dochtermaatschappij. De op de factuur vermelde omzetbelasting van € 10.371,76 voldoet X bv niet op aangifte. De inspecteur heft deze omzetbelasting na en legt een boete op van 25% van de nageheven belasting.

Rechtbank Breda oordeelt dat X bv had moeten weten dat de btw op de factuur voor de managementwerkzaamheden betaald moest worden. Dat de dga van X bv dit niet kon vermoeden, acht de rechtbank niet aannemelijk. Ook voor een ondernemer zonder specifieke fiscale kennis is het duidelijk dat wanneer een factuur met omzetbelasting wordt opgemaakt, deze omzetbelasting moet worden aangegeven en op aangifte worden voldaan. Er is sprake van ernstig nalaten en derhalve grove schuld bij X bv. De rechtbank acht de hoogte van de boete (25%) redelijk. Er is geen sprake van een wanverhouding tussen de boete en het gepleegde feit.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67f

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Rechtbank Breda

Editie: 7 maart

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen