Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat uit diverse bestuursbenoemingen en de registratie in het handelsregister van de KvK blijkt dat belanghebbende in de periode 5 maart 2007 tot 21 februari 2008 formeel middellijk bestuurder van C bv is geweest.

Belanghebbende (X) is tot 2005 aandeelhouder en bestuurder van M bv. Hij blijft tot in 2008 bestuurder van M bv. M bv richt in 2005, samen met A, de echtgenote van belanghebbende, C bv op. M bv is tot in 2008 bestuurder van C bv. In 2007 koopt C bv de aandelen K bv. Aan K bv worden diverse LB- en btw-naheffingsaanslagen over 2007 opgelegd. C bv wordt op 18 november 2008 failliet verklaard. K bv wordt in 2008 ook failliet verklaard. Belanghebbende wordt vervolgens aansprakelijk gesteld voor de door K bv onbetaald gelaten LB en btw ten bedrage van € 1.469.226. Rechtbank Breda oordeelt dat de ontvanger belanghebbende terecht heeft aangemerkt als "bestuurder". Volgens de rechtbank blijkt uit de koopovereenkomst van de aandelen K bv namelijk dat C bv is benoemd tot bestuurder van K bv. Belanghebbende is terecht aansprakelijk is gesteld.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat uit diverse bestuursbenoemingen en de registratie in het handelsregister van de KvK blijkt dat belanghebbende in de periode 5 maart 2007 tot 21 februari 2008 formeel middellijk bestuurder van C bv is geweest. Verder verwerpt het hof belanghebbendes stelling dat de ontvanger al voor 5 maart 2007 op de hoogte was van de betalingsonmacht van K bv. Belanghebbende had daartoe namelijk slechts aangevoerd dat de Belastingdienst op 29 september 2006 een drietal herinneringen heeft verstuurd om aangifte loonheffingen te doen. Dit is volgens het hof onvoldoende voor de conclusie dat de Belastingdienst op de hoogte was van een situatie van betalingsonmacht. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Invordering

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

1

Gerelateerde artikelen