MONO SIA koopt, met gebruikmaking van de accijnsschorsingsregeling, accijnsgoederen bij een Britse vennootschap en het Letse filiaal daarvan. MONO geeft dit bij de Letse douane aan. De accijnsgoederen worden in het vrije verkeer gebracht voor verkoop aan ambassades en consulaire diensten van verschillende staten alsook aan de vertegenwoordiging van de NAVO in Letland. Bij een controle stelt de Letse Belastingdienst vast dat de diplomatieke vertegenwoordigingen de accijnsgoederen met contante middelen aan MONO hebben betaald. Er is dan niet voldaan aan de voorwaarden die gelden voor de toegepaste vrijstelling. De Letse rechter stelt prejudiciële vragen in deze zaak.
Het Hof van Justitie EU oordeelt dat de Letse voorwaarden voor de accijnsvrijstelling voor goederen die worden gebruikt in het kader van diplomatieke en consulaire betrekkingen in strijd zijn met het EU-recht. Letland stelt namelijk de voorwaarde dat de accijnsgoederen moeten worden gekocht met niet-contante middelen.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Europees belastingrecht, Accijns en verbruiksbelastingen
Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie
Editie: 17 januari