Rechtbank Breda oordeelt dat de woning met ondergrond, tuin en de cultuurgrond keuzevermogen vormden en dat in dezen belanghebbendes keuze voor privévermogen gevolgd moet worden

De heer X koopt in 1999 een fokvarkens- en vleesveebedrijf met woning. X etiketteert de gehele boerderij als privévermogen. Direct na de levering betrekt de zoon van X de woning en gaat er samen met X varkens fokken in de bedrijfsgebouwen. In het kader van de Regeling Beëindiging Veehouderijtakken worden de bedrijfsgebouwen in 2003 gesloopt. In 2004 verkoopt X het restant van de boerderij aan een particulier, die het als woning gaat gebruiken. In geschil is of X in 2003 terecht slechts de in dat jaar ontvangen sloopsubsidie van € 17.000 heeft aangegeven als winst uit onderneming.

Rechtbank Breda oordeelt dat de woning met ondergrond, tuin en de cultuurgrond keuzevermogen vormden en dat in dezen belanghebbendes keuze voor privévermogen gevolgd moet worden. Slechts de bedrijfsgebouwen met ondergrond en erf zijn verplicht ondernemingsvermogen van X. Het is in overeenstemming met goed koopmansgebruik om bij de berekening van de winst in 2003 de kostprijs van de bedrijfsgebouwen op de sloopsubsidie in mindering te brengen. Aangezien het inkomen van X uit werk en woning in 2003 negatief is, wordt de navorderingsaanslag vernietigd. Het beroep van X is gegrond.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Rechtbank Breda

2

Gerelateerde artikelen