Rechtbank Arnhem oordeelt dat voor het bepalen van het gewicht van de zaak bij WOZ-zaken de procentuele vermindering van de waarde niet maatgevend is.

Eiser, X, laat zijn gemachtigde bezwaar maken tegen de WOZ-waarde 2010 van drie panden. De heffingsambtenaar van de gemeente Arnhem wijst het bezwaar toe voor één pand. De waarde van de overige twee panden blijft in stand. In geschil is of de gemeente bij het toekennen van een proceskostenvergoeding voor rechtsbijstand heeft kunnen volstaan met een vergoeding van € 109. Op grond van de beleidsregels van de gemeente wordt de wegingsfactor onder meer bepaald aan de hand van de procentuele vermindering van de waarde.

Rechtbank Arnhem oordeelt dat voor het bepalen van het gewicht van de zaak bij WOZ-zaken de procentuele vermindering van de waarde niet maatgevend is. Wel maatgevend is de bepleite waardevermindering. Daarbij moet in aanmerking worden genomen dat de vastgestelde waarde dient als grondslag voor diverse belastingen waaronder de onroerende zaakbelasting, de inkomstenbelasting en het successierecht. In dit geval is er geen reden voor lagere wegingsfactor dan 1. Overigens tellen voor het bepalen van de wegingsfactor niet mee de werkzaamheden die de gemachtigde heeft verricht voor de WOZ-objecten waarvan de WOZ-waarde is gehandhaafd. De rechtbank verhoogt de vergoeding voor de bezwaarfase naar € 436 (€ 218 x 2 proceshandelingen x wegingsfactor 1).

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Belastingen van lagere overheden, Waardering onroerende zaken

Instantie: Rechtbank Arnhem

2

Gerelateerde artikelen