Belanghebbende, de heer X, heeft vanaf oktober 2013 een organisatieadviesbureau. Hij heeft dat jaar twee opdrachtgevers, waaronder D GmbH. In 2014 werkt X alleen voor deze opdrachtgever. In verband met ziekte van zijn echtgenote heeft X een andere opdracht niet aangenomen. In 2015 heeft X vier opdrachtgevers en is hij uiteindelijk in loondienst getreden van D GmbH. Voor 2013 en 2014 beschikt X over een Verklaring arbeidsrelatie (VAR) winst uit onderneming. Na een boekenonderzoek stelt de inspecteur dat X in deze jaren toch geen IB-ondernemer is wegens het gebrek aan duurzaamheid, zelfstandigheid en ondernemersrisico.
Rechtbank Gelderland oordeelt dat aan de eisen van duurzaamheid en zelfstandigheid kan worden voldaan zonder gelijktijdig voor meerdere klanten te werken. Weliswaar had X slechts twee opdrachtgevers in twee jaar tijd, maar zijn wil was gericht op het werven van meer klanten. Dit wordt bevestigd door het feit dat X na de ziekte van zijn echtgenote voor vier opdrachtgevers heeft gewerkt. Het beperken van het debiteurenrisico door het kiezen van financieel gezonde opdrachtgevers is voorts een teken van goed ondernemerschap. Het beroep van X is gegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.8