Even leek het erop dat bestuurders van beursvennootschappen niet langer zouden kunnen deelnemen aan een collectieve pensioenregeling. Vanaf 1 januari 2013 kunnen deze bestuurders namelijk geen arbeidsovereenkomst meer aangaan met een beursvennootschap. Dit is het gevolg van een aanpassing in het Burgerlijk Wetboek. Deze aanpassing heeft geen gevolgen voor de rechtsverhouding van bestuurders met niet-beursvennootschappen.
Het uitsluiten van nieuwe arbeidsovereenkomsten betekent tevens dat bestuurders van beursvennootschappen niet langer kunnen deelnemen aan een collectieve pensioenregeling, tenzij het een verplichte regeling aan een bedrijfstakpensioenfonds betreft. Bestuurders en daarmee ook de vennootschappen moeten dan een oudedagsvoorziening op een andere manier regelen. Vaak is dit kostbaarder dan een collectieve pensioenregeling. Deze ongewenste situatie pakt staatssecretaris De Krom nu aan.
Met een vandaag gepubliceerde Regeling in de Staatscourant past hij zowel de Regeling Pensioenwet als de Wet verplichte beroepspensioenregeling aan. In beide regelingen worden bestuurders gelijk gesteld met werknemers. Op die manier blijft vanaf 1 januari 2013 deelname aan een collectieve pensioenregeling mogelijk voor de bestuurder van een beursgenoteerde vennootschap. De directeur-grootaandeelhouder is wel uitgesloten.
Bron: Redactie TaxLive
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Pensioenen