Advocaat-generaal Koopman stelt voor om een prejudiciële vraag te stellen over de verrekening van de Belgische bronbelasting. De A-G twijfelt of de volgorde van verrekening van heffingskortingen en bronheffingen anders mag zijn dan die waarop heffingskortingen en dividendbelasting verrekend worden.

X verzoekt in zijn IB-aangifte 2017 om aftrek ter voorkoming van dubbele belasting in verband met de Belgische bronbelasting die is ingehouden op uit België ontvangen dividend. Omdat zijn box 3-inkomen in 2017 nihil is, stelt de inspecteur een voortwentelingsbeschikking vast in verband met niet verrekenbare buitenlandse bronheffing. In de aangifte IB 2018 verrekent de inspecteur het volledige bedrag van de voortwentelingsbeschikking met het box 3-inkomen van X, waardoor niet de volledige heffingskorting wordt toegepast. X is het hier niet mee eens en stelt dat de verrekening van de Belgische bronbelasting op dezelfde wijze moet gebeuren als de verrekening van de Nederlandse dividendbelasting, na het toepassen van de heffingskortingen en dus niet vóór het toepassen van de heffingskortingen. Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat niet verrekende buitenlandse bronheffing niet gelijk kan worden gesteld aan ingehouden Nederlandse dividendbelasting en gelijke behandeling dan ook niet nodig is. Het gelijk is aan de inspecteur. X gaat in cassatie.

Advocaat-generaal Koopman stelt voor om een prejudiciële vraag te stellen over de verrekening van de Belgische bronbelasting. De A-G twijfelt over het antwoord op de vraag of de volgorde van verrekening van heffingskortingen en (buitenlandse) bronheffingen anders mag zijn dan de volgorde waarin heffingskortingen en (Nederlandse) dividendbelasting verrekend worden. Vervolgens merkt de A-G op dat, als X gelijk heeft met zijn stelling dat de andere volgorde van verrekening in grensoverschrijdende situaties een belemmering van de vrijheid van kapitaalverkeer oplevert, daar geen goede rechtvaardigingsgrond voor aanwezig is.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 63

Besluit voorkoming dubbele belasting 2001 25a

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk België tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen 23

Rubriek: Internationaal belastingrecht, Europees belastingrecht

Editie: 19 december

Informatiesoort: VN Vandaag

Instantie: Hoge Raad (Advocaat-Generaal)

360

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen