Aan belanghebbende, X, is een legesnota opgelegd voor het in 2012 in behandeling nemen van een aanvraag omgevingsvergunning. X stelt dat een toezegging uit 2004 aan legesheffing in de weg staat.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X vergeefs een beroep doet op een toezegging van B. en W. over de legesheffing. De toezegging, die stamt uit 2004, hield in dat X geen leges verschuldigd zou zijn voor de herziening van het bestemmingsplan als hij de algehele herziening van het bestemmingsplan zou afwachten. X heeft deze herziening niet afgewacht, maar heeft in op 21 december 2011 een (concept)aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend, gevolgd door een definitieve aanvraag op 5 februari 2013. De toezegging geldt dan niet. Dat de (algehele) herziening veel langer op zich heeft laten wachten dan gepland, brengt het hof niet tot een ander oordeel. De legessanctie van art. 3.1 lid 4 WRO is naar het oordeel van het hof niet van toepassing. X heeft de aanvraag ingediend voor de datum (1 juli 2013) waarop de gemeenteraad uiterlijk het bestemmingsplan opnieuw moest vaststellen. Dat de vergunningverlening en de aanslagoplegging pas na die datum hebben plaatsgevonden, is niet relevant.
Wetsartikelen:
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 6 april