Rechtbank Rotterdam oordeelt bij wijze van eindvonnis dat BDO de fiscale constructie te risicovol heeft opgezet en dat zij onvoldoende heeft gewaarschuwd dat de broers zich dienden te weerhouden van beschikkingshandelingen over het vermogen van de Antilliaanse Stichting Particulier Fonds.

Op instigatie van belastingadviseurs van BDO Accountants & Belastingadviseurs bv is in 2004 een Stichting Particulier Fonds, een bijzondere stichting naar Antilliaans recht (hierna: SPF) opgericht. Doelstelling van de SPF-constructie is om de belastingdruk op het betreffende familievermogen te verminderen. De SPF wordt in 2010 geliquideerd, nadat omvangrijke schenkingen zijn gedaan.

Civielrechtelijk is in geschil of BDO terecht door vier broers aansprakelijk is gesteld voor de vaststellingsovereenkomst, die zij later met de Belastingdienst zijn aangegaan. Volgens deze overeenkomst moeten de broers samen met hun echtgenoten elk € 139.090 (box 3 heffing) aan de Belastingdienst betalen en hun kinderen samen € 1.381.546 (schenkbelasting).

Rechtbank Rotterdam oordeelt bij wijze van eindvonnis dat BDO de fiscale constructie te risicovol heeft opgezet en dat zij onvoldoende heeft gewaarschuwd dat de broers zich dienden te weerhouden van beschikkingshandelingen over het vermogen van de SPF. Vanwege eigen schuld moet de schade van de broers wel voor 20% door henzelf worden gedragen en voor 80% door BDO. De advieskosten met betrekking tot de vaststellingsovereenkomst moet BDO ook terugbetalen.

De schade die de kinderen hebben geleden, hoeft BDO niet te vergoeden. Het feit dat hun – inmiddels overleden – grootmoeder de wens heeft geuit om haar vermogen aan de kleinkinderen te schenken, maakt niet dat sprake is van een rechtens afdwingbare verplichting. Ook de enkele veronderstelling van de grootmoeder dat over de schenkingen geen belasting verschuldigd zou zijn, maakt niet dat zij jegens haar kleinkinderen verplicht was belastingvrij te schenken. BDO wordt veroordeeld tot betaling van € 462.552, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf het moment van betaling aan de Belastingdienst respectievelijk aan BDO tot aan de dag van algehele voldoening.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Burgerlijk Wetboek Boek 6 6:98

Burgerlijk Wetboek Boek 6 6:101

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingrecht algemeen, Fiscaal bestuurs(proces)recht, Verbintenissenrecht

Instantie: Rechtbank Rotterdam

Editie: 15 januari

Focus: Focus

Carrousel: Carrousel

9

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen