Hof 's-Gravenhage oordeelt dat de aanslag correct is, omdat belanghebbende niet aannemelijk maakt dat de inspecteur de winst te hoog heeft vastgesteld.

De inspecteur legt ambtshalve een aanslag IB op voor het jaar 2005, naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 20.000, aan belanghebbende (X). Belanghebbende stuurt vervolgens een resultatenrekening naar de inspecteur. Volgens belanghebbende bedraagt haar resultaat voor belasting € 15.796. De inspecteur accepteert echter de door belanghebbende opgevoerde kosten niet.

Rechtbank 's-Gravenhage oordeelt dat belanghebbende niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij een zodanig bedrag aan kosten ten laste van haar inkomen kan brengen dat het door de inspecteur vastgestelde belastbaar inkomen uit werk en woning moet worden verminderd. Hof 's-Gravenhage bevestigt de uitspraak. Volgens het hof heeft de rechtbank op goede gronden een juiste beslissing genomen. Het hof merkt daarbij nog op dat belanghebbende niet aannemelijk heeft gemaakt dat de door de inspecteur geschatte winst onredelijk hoog is. De ambtshalve opgelegde aanslag blijft in stand.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Hof 's-Gravenhage

2

Gerelateerde artikelen