Brief Staatssecretaris van Financiën, 27 mei 2014 IZV/2014/38
Naar aanleiding van het feit dat momenteel in België 0% btw in rekening wordt gebracht op digitale abonnementen op kranten en in Luxemburg 3% btw op digitale kranten en digitale boeken en Frankrijk recentelijk de btw op online media heeft verlaagd naar 2,1%, hebben de Tweede Kamerleden Omtzigt en Heerma vragen gesteld aan de Staatssecretaris van Financiën. In Nederland moet 21% btw betaald worden voor elektronische diensten. De staatssecretaris stelt dat met ingang van 1 januari 2015 de Europese btw-regeling nog maar één regel voor het bepalen van de plaats van dienst van een telecommunicatie-, omroep- of elektronische dienst zal kennen. Die diensten zijn dan altijd belast in het land waar de afnemer woont of gevestigd is. Daarbij maakt het niet uit of de afnemer een belastingplichtige btw-ondernemer of niet-belastingplichtige (veelal particuliere consument) is noch waar de dienstverrichter zelf is gevestigd. Zo zal dan Nederlandse btw verschuldigd zijn ondanks dat de onderneming die de dienst verricht, bijvoorbeeld in Luxemburg is gevestigd. Van een ongelijke behandeling door deze diensten vanuit een andere lidstaat (met een lager btw-tarief) aan te kopen, zal dan niet langer sprake zijn. Dat neemt echter niet weg dat dan nog steeds geen gelijke behandeling (verlaagd btw-tarief) mogelijk is van fysieke en digitale producten onderling. Daarvoor is nieuwe Europese regelgeving vereist. Hij maakt daarbij de kanttekening dat het al dan niet dwingend voorschrijven van een verlaagd btw-tarief op een bepaalde categorie goederen of diensten, eventueel gekoppeld aan een minimum- of maximumtarief, door de lidstaten met unanimiteit besloten moet worden.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Omzetbelasting
Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën
Editie: 2 juni